Door de hete en droge zomers van 2018 en 2019 is er in de bossen nogal veel schade ontstaan. Met name de fijnsparren hebben het zwaar gehad. Verzwakt als ze waren door de droogte, zijn de sparren het slachtoffer geworden van de letterzetter, een klein kevertje dat vlak onder de bast gangen graaft en daarmee de sapstroom van de boom onderbreekt. Een gezonde dennenboom maakt genoeg hars aan om de letterzetter te verdelgen. Een verzwakte boom kan dat niet en zal sterven.

Om te voorkomen dat de letterzetter zich uitbreidt en ook andere soorten dennen gaat aanvallen, moeten de aangetaste fijnsparren gekapt worden. Daardoor zijn met name op het Westerflier enkele percelen kaal gekapt. Dat ziet er nu niet mooi uit, maar deze percelen zijn eind 2019 weer volgeplant met jonge boompjes. Om te voorkomen dat de reeën de kleine boompjes opeten, staat er voorlopig schrikdraad om de nieuwe aanplant heen.

De sterfte van de fijnsparren is het zoveelste gevolg van de klimaatverandering waarin wij ons bevinden. Als landgoed moeten wij kiezen voor andere boomsoorten die beter om kunnen gaan met droogte en warmte. Vanouds veelvoorkomende bomen zoals dus de fijnspar, maar ook de beuk zullen steeds minder voorkomen en vervangen worden door bijvoorbeeld platanen en grove den.